top of page

2009/2010
CAMPING VAUCLUSE

"tussen Monty Python en Haneke" W. Hillaert

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Van en met: Yves De Pauw, Gert Portael, Iris Van Cauwenberg & Bob Van Impe
Tekst: Roel Verniers & Compagnie Lodewijk/Louis
Coaching: Thomas Bellinck, Kristien De Proost
Techniek: Timme Afschrift
Kostuums: Colette Notenboom & Iris Van Cauwenbergh
Productie: Compagnie Lodewijk/Louis in samenwerking met CcBe & 't ARSENAAL
Met steun van de Vlaamse Overheid

Première 02 oktober 2009, 't ARSENAAL Mechelen

 

 

 

Een koppel op doorreis naar Saint-Tropez houdt halt op een camping in de Vaucluse. Een waar paradijs op aarde, waar de zondeval reeds lang gepasseerd is.

CAMPING VAUCLUSE is een voorstelling over het belang van de zonde en verlossing, over het streven naar rust en de onnozelheid van dat streven, over de broosheid van het verlangen naar groener gras aan de overkant.

Naar goede Compagnie Lodewijk/Louis-traditie legt CAMPING VAUCLUSE allerlei verborgen levens bloot.

 

 

 

Liv Laveyne in Knack :
“Theater Compagnie Lodewijk/Louis kent zijn gelijke niet. Dat is het minste wat je kunt zeggen na het zien van Camping Vaucluse.
Aan de oppervlakte lijken dit onschuldige, absurde sketches, maar eronder zindert en broeit het. De tekst (in samenwerking met Roel Verniers) en de enscenering spelen voortdurend met contrasten tussen licht en donker, qua inhoud en qua vorm.
Camping Vaucluse is een donkere relatiekomedie slash doldwaze campingthriller. Een vreemde combinatie, maar in de enscenering van Compagnie Lodewijk/Louis werkt het dwarse streepje bijzonder goed.”

Wouter Hillaert in De Standaard :
“In Camping Vaucluse, op tekst van Roel Verniers, valt alles samen. Onvatbaar theater kan perfect toegankelijk zijn, bewijst Lodewijk/Louis. Het springt op die smalle koord met bizarre miscommunicatie, schijnbaar richtingloze dialogen en onnozeliteiten die verkocht worden als pure ernst. Ergens passeert zelfs een knipoog naar de Lange Wapper.

Toch zijn hier vooral spelers aan het werk, Gert Portael voorop. Met één oogopslag wisselt ze tussen paranoia en lust, tussen bleiren en bazig doen. De voorstelling is duidelijk vooral op de vloer tot stand gekomen, met veel improvisatie.

Dat zie je ook aan de blackouts van het licht tussen elke scène. Ze helpen de spanning en het mysterie vooruit, maar herleiden het geheel ook tot sketches met telkens een goeie punchline of cliffhanger. Diepgang hoef je hier niet te zoeken. Het is de eigenlijke ongerijmdheid van menselijk contact, het gebrek aan sociale mathematiek die Camping Vaucluse bespeelt. We hebben er hartelijk van genoten.”

Charlotte in De Bond :
“Deze mensen voelen zich niet veilig bij elkaar. Hun wrevel groeit en hun ver doorgedreven paranoia heeft gruwelijke gevolgen. De voorstelling ademt een creepy sfeer uit, en dat deze sfeer vooral door zuiver acteerspel wordt gecreëerd, dat is straf.”

bottom of page